Hoofdstoomafsluiter ketel
Bovenop de ketels zit de hoofdstoomafsluiter. Bij ketel 1 is deze afsluiter aan de dom gemonteerd, bij ketel 2 en 3 zit de hoofdstoomafsluiter op de bovenkant van de ketel, zonder dom. Bij deze ketels is er namelijk een binnenstoompijp aanwezig.
Met de hoofdstoomafsluiter kan de hoofdstoomleiding afgesloten worden. In de tekening is de hoofdstoomafsluiter van ketel 2 en 3 in gesloten stand getekend. De hoofdstoomafsluiter van ketel 1 is van hetzelfde type, alleen het model is haaks. De afsluiter bestaat uit:
- Huis
- Bovenstuk met beugel, pakkingkamer en drukstuk
- Losse zitting
- Klepstang met klep en handwiel
Het huis is inwendig voorzien van een tussenschot. In het bovenstuk zijn drie openingen aangebracht. In de middelste opening is de zitting geplaatst. De losse zitting wordt opgesloten tussen het huis en het bovenstuk. Bij deze constructie is het niet nodig de afsluiter in zijn geheel uit de leiding te nemen om de zitting te kunnen
inspecteren of repareren. Door het bovenstuk van het huis te demonteren kan zonder enige moeite de zitting verwijderd worden. De twee buitenste openingen zijn verbonden met de uitlaatzijde van het huis.
De klep is enigszins beweegbaar op de klepstang bevestigd, waardoor deze zich wat kan zoeken op de zitting. De klepgeleiding is door middel van kleppootjes, zoals bij de voedingafsluiterklepkasten is toegepast.
Om een stoomdichte doorvoering van de klepstang te krijgen is in het bovenstuk een pakkingkamer aangebracht. De pakking in de pakkingkamer wordt aangedrukt door het drukstuk. De klepstang is voorzien van een vierkant waarop het handwiel is geplaatst. Het handwiel wordt vastgezet met een moer. Om met het handwiel de afsluiter open en dicht te kunnen draaien is op de klepstang en in de draadbus bewegingsschroefdraad aangebracht. De draadbus is in de beugel geschroefd en geborgd met een stelschroef. Afsluiters worden in het algemeen zo geconstrueerd, dat de bewegingsdraad buiten de drukruimte ligt. De schroefdraad komt dan niet in aanraking met het medium, waardoor een langere levensduur bereikt wordt. Klep en zitting zijn zodanig bewerkt dat ze in gesloten stand volkomen op elkaar afdichten. De klepstang, de klep en de zitting zijn van brons vervaardigd. Het huis en het bovenstuk zijn van gietijzer. De afsluiter wordt zo in de leiding geplaatst, dat de aanvoerdruk onder de klep staat. De pakkingbus is dan in gesloten stand druk- loos en het openen van de afsluiter kost minder moeite omdat de druk onder de klep meehelpt. Staat op het afsluiterhuis een pijl, dan moet de afsluiter ingebouwd worden met de pijl in de stromingsrichting van het medium.