Onregelmatigheidsgraad
Onregelmatigheidsgraad
Voor een goede werking van de regulateur moet het aantal omwentelingen bij geen belasting en bij volle belasting zo dicht mogelijk bij elkaar liggen. In de praktijk is daar altijd verschil, dit verschil in het aantal omwentelingen wordt aangeduid met de onregelmatigheidsgraad δ.
n2-n1
De onregelmatigheidsgraad δ = ------------------- [3]
nnormaal of gemiddeld
Hierin is:
- n1 het aantal omwentelingen bij de gewichten in de binnenstand.
- nnormaal = ngemiddeld = 200 omw/min.
De regulateur is berekend voor dit aantal omwentelingen. Bij dit aantal omwentelingen staan de gewichten in de middenstand.
- n2 het aantal omwentelingen bij de gewichten in de buitenstand.
De toe te laten afwijking in het aantal omwentelingen hangt af van de aard van het bedrijf. Zo zal de afwijking bij het aandrijven van een generator kleiner moeten zijn dan bij het aandrijven van een centrifugaalpomp. Voor δ wordt bij voorkeur een percentage van 2 tot 6 genomen. Lager kan niet omdat de regulateur dan onbruikbaar wordt. De onregelmatigheid wordt bepaald door de afmetingen van de veer. Voor een onregelmatigheidsgraad van bijvoorbeeld 5% geldt een afwijking in het aantal omwentelingen van 0,05 x 200 = 10 omw/min. Bij de gewichten in de binnenstand wordt het aantal omwentelingen 195 en bij de gewichten in de buitenstand 205 omw/min. Wanneer bij een bepaalde stand van de gewichten het krachtverbruik van de bemalingspomp afneemt, bewegen de gewichten naar buiten tot er een nieuw evenwicht ontstaat. Bij deze nieuwe evenwichtsstand heeft het verstelbaar excentriek een andere stand ingenomen en is de vulling kleiner geworden. Omdat de veerkracht toeneemt kan er, bij het naar buiten bewegen van de gewichten, alleen een nieuwe evenwichtsstand ontstaan als de centrifugaalkracht groter wordt. Hiervoor moet het aantal omwentelingen toenemen. Vertraagt de machine, doordat het krachtverbruik van de bemalingspomp toeneemt, dan vindt het omgekeerde plaats. Deze regulateur werkt niet onder de 195 omw/min. Onder dit aantal omwentelingen is de veerkracht altijd groter dan de centrifugaalkracht en worden de gewichten door de veren tegen de binnenste stootblokjes getrokken.