Beschrijving van de pomp
Algemeen
De bemalingspomp is een lagedruk centrifugaalpomp met tweezijdige instroming, een horizontale as met dubbele waaier en leischoepen aan de perszijde. Centrifugaalpompen met een dubbele waaier en tweezijdige instroming worden gebruikt voor het verplaatsen van grote hoeveelheden water. De pomp staat boven de waterspiegel en is niet zelfaanzuigend, d.w.z. als de pomp gevuld is met lucht kan de waaier geen water aanzuigen. Om te kunnen werken moet de pomp gevuld zijn met water. Het vullen gebeurt met behulp van de stoomejecteur (2) die bovenop de pomp geplaatst is. De stoomejecteur zuigt de lucht uit de pomp, waardoor in de pomp een onderdruk ontstaat en water uit de wetering en de rivier de Maas door de atmosferische druk in de pomp gedrukt wordt. Het peilglas (13) geeft de waterstand in de pomp weer. Controle op deze waterstand is nodig omdat door luchtlekkage het waterpeil zover kan zak- ken dat de pomp afslaat en de stoommachine overtoeren gaat.
| 1 Slakkenhuis | 2 Stoomejecteur | 3 Mangatdeksel | 4 Mangatdeksel | 5 Waaier |
| 6 Leischoep | 7 Loopschoep | 8 Tong | 9 Handgatdeksel | 10 Dichtingsring |
| 11 Zuigdeksel | 12 Handgatdeksel | 13 Peilglasaansluiting | 14 Plugkraan | 15 Dichtingsring |
Werking
Het water in de waaier is, door de snelheid waarmee deze draait, onderhevig aan de centrifugaalkracht. Hierdoor wordt het water uit de waaier geslingerd waarna het via de leischoepen, het pomphuis en de persleiding de rivier de Maas instroomt. Door de snelheid waarmee het water de waaier verlaat ontstaat aan de intreezijde een drukverlaging en wordt het water uit de wetering door de atmosferische druk naar de waaier gedrukt. Daarbij moet de atmosferische druk de weerstand in de zuigleiding overwinnen en zorgen dat het water met enige snelheid de waaier binnenstroomt.
Opvoerhoogte
De opvoerhoogte H is de hoogte waarop het water gebracht moet worden. Dit is het gemeten hoogteverschil tussen het niveau van de wetering en de rivier de Maas.
Constructie
Het pomphuis (pos 1) is vervaardigd van gietijzer en uit één stuk gegoten. Het heeft de vorm van een slakkenhuis en wordt daarom ook wel zo genoemd. Het zuigdeksel vormt een onderdeel van het slakkenhuis. Door dit deksel te verwijderen kan de as met de waaier axiaal uit het slakkenhuis genomen worden. De dubbele gietijzeren waaier (pos 5) is op de as gekrompen en geborgd met een spie. De dubbele waaier bestaat in feite uit twee waaiers die parallel werken. De waaier is gesloten, dit wil zeggen dat ter plaatse van de schoepen de zijkanten van de waaier dicht zijn. De waaier heeft totaal twintig loopschoepen. Door het aanzuigen van het water wordt de waaier naar het water toegetrokken. Bij een dubbele waaier wordt het water aan beide zijden aangezogen en werken er op de waaier twee axiale krachten, die gelijk en tegengesteld gericht zijn. Deze beide krachten heffen elkaar op waardoor een dubbele waaier ontlast is en op zijn plaats blijft. De dichtingsringen (pos 10) tussen de waaier en het slakkenhuis en tussen de waaier en het zuigdeksel (pos 15) beperken de hoeveelheid water die terugstroomt van de perszijde naar de zuigzijde van de waaier. De hoeveelheid water die terugstroomt gaat ten koste van de opbrengst van de pomp en mag dus niet te groot zijn. De dichtingsringen zijn met koperen tapeinden en moeren bevestigd, zodat ze bij slijtage vernieuwd kunnen worden.
De lagerbussen zijn uitneembaar en gemaakt van GBr 10-2 (gietbrons met 10% tin, 2% lood en de rest koper). Een legering van koper (Cu) met 4% of meer tin (Sn) wordt brons genoemd.
De voorste lagerbus (pos 11) is met zijn flens tegen de binnenzijde van het slakkenhuis bevestigd met zes verzonken roodkoperen schroeven. Deze bus kan alleen gedemonteerd worden als de as met de waaier uit het slakkenhuis verwijderd is. De achterste lagerbus (pos 4) is met zijn flens tegen de buitenzijde van het zuigdeksel bevestigd met vier verzonken roodkoperen schroeven. Deze schroeven kan men bereiken door het lagerdeksel (2) te verwijderen. De lagerbussen worden met vet gesmeerd. De voorste bus d.m.v. een veerbelast smeertoestel, de achterste d.m.v. een Stauffer-vetpot.
Beide lagerbussen worden aan de waterzijde afgedicht met een dichtingsring (8). Elke ring is met drie ½" stelschroeven (10) op de pompas vastgezet. De pakkingkamer is voorzien van vetpakking (6) en een lantaarnring (7) met een H-vormige doorsnede voor vetafdichting. De lantaarnring wordt volgeperst met vet uit de Stauffer-vetpot (4). Hierdoor ontstaat een luchtdichte afdichting zonder dat het drukstuk zo vast aangezet moet worden dat de pakkingringen groeven in de as veroorzaken. Het pomphuis is voorzien van twee handgaten (9 en 12) en twee mangaten (3 en 4) voor het inwendig inspecteren en reinigen van de pomp.